Dit klimseizoen verlichten onbemande vliegtuigjes een deel van de last die traditioneel door sherpa’s de berg wordt opgetild. Door touwen, ladders en zuurstofcilinders over de Khumbu-gletsjer te vliegen moet het werk van de sherpa’s veel veiliger worden en de berg schoner.
“Elk jaar opnieuw vallen sherpa’s in de spleten van de gletsjer, doordat ze een zware last op hun rug dragen. Hun dood kan voorkomen worden”, denkt Raj Bikram Maharjan. Zijn bedrijf heeft nu twee drones in gebruik die vanaf het basiskamp op de Mount Everest tot 6000 meter hoogte vliegen met ongeveer 20 kilo aan balast.
De Khumbu-gletsjer ligt op het eerste deel van de klim van het basiskamp naar kamp één. Het duurt zes uur om dat stuk van drie kilometer met bepakking te lopen. De drone doet er volgens Maharjan 15 minuten over. Hij heeft naar eigen zeggen dit seizoen al meer dan duizend kilo naar boven gebracht met zijn drones.
Dronetechnologie kan vooral de meer ervaren sherpa’s (die bekend staan als de gletsjerdokters) helpen als zij aan het begin van het seizoen de ladders en trouwen moeten bevestigen in de Khumbu gletsjer. Die zijn voor de honderden klimmers die erlangs komen. Dat werk is steeds gevaarlijker geworden, omdat er meer ijs smelt door versnelde klimaatverandering.
Sinds Sir Edmund Hillary en Tenzing Norgay in 1953 als eersten de Mount Everest beklommen. is er veel veranderd op de berg. Tegenwoordig proberen in het klimseizoen, dat maar twee maanden duurt, ongeveer 500 mensen vanaf de Nepalese zijde de berg te bedwingen.
“Al deze mensen nemen eten, zuurstof en tenten mee. En natuurlijk poepen ze ook allemaal op de berg”, zegt Maharjan.
Alles wordt de berg opgetild, maar als ze eenmaal de top bereikt hebben, heeft niemand meer zin om alles mee terug te nemen naar beneden.
“Als je boven de 8000 meter komt, denk je niet meer aan afval, je denkt alleen maar aan hoe je veilig thuiskomt”, zegt Nima Sherpa. Het lukte hem om als jongste klimmer op 18-jarige leeftijd de top te bereiken van alle 14 bergen boven de 8000 meter.
De drones helpen niet alleen de sherpa’s. Op de weg terug kunnen ze ook weer afval meenemen vanaf kamp één. Nima zet zich nu in als ambassadeur voor een schonere Mount Everest.
“75 jaar geleden dacht niemand aan klimaatverandering of aan al het afval dat zich zou ophopen op de Mount Everest”, zegt Nima. Hij zoekt nu vooral naar oplossingen om het klimmen voor iedereen veiliger te maken en milieuvriendelijker.
Steeds drukker
De populariteit van de Mount Everest is goed geweest voor het toerisme in Nepal dat economisch erg afhankelijk is van het klim- en wandeltoerisme. Maar toen een foto van een ’treintje van klimmers’ voor de top viraal ging, werd duidelijk hoe het uit de hand is gelopen de afgelopen jaren.
Toerisme vervuilt niet alleen de berg, het is ook gevaarlijk voor de klimmers. De wachtrijen vormen zich op een gedeelte van de berg dat ook wel de ‘Death zone’ wordt genoemd. Boven 8000 meter is er niet voldoende zuurstof voor een mens om goed te functioneren. Als je daar te lang in verblijft zonder zuurstof, ga je dood.
Er was veel kritiek op de Nepalese overheid, omdat ze te veel vergunningen zouden hebben afgegeven. 2023 was het dodelijkste jaar op de berg: 12 klimmers kwamen om het leven, vijf raakten vermist.
De route naar de top van Mount Everest:
Nieuwe wet
Nu ligt er een wetsvoorstel dat het aantal klimmers moet beperken. Iemand mag alleen een klimvergunning voor de Mount Everest krijgen als die eerder in Nepal een berg boven de 7000 meter heeft beklommen
Vanaf dit jaar heeft de overheid ook commerciële helikopters verboden om te vliegen op de berg, wat de rust voor een deel terug moet brengen.
“De propellers van onze drones zijn ontwikkeld voor de ijle lucht op deze hoogte, daardoor is er ook veel minder geluidsoverlast”, zegt Maharjan.
Te hoog
De technologie is nog niet zo ver dat drones helemaal naar de top op 8849 meter kunnen vliegen. Mensen die deze hoogte willen bereiken zullen daarbij altijd de hulp van sherpa’s nodig hebben.
“Wij worden geboren op 3000 meter, daardoor zijn onze lichamen beter ingesteld om te klimmen op grote hoogtes”, Nima Sherpa is daarom niet bang dat de drones het werk van de sherpa’s zullen overnemen. In plaats van veredelde pakezels worden ze juist steeds meer gezien als essentiële berggidsen.